FEBETRA, TLV en UPTR, de drie federaties van de sector transport en logistiek in België, hebben in de zomer beslist om de bestaande samenwerking te versterken, wat op termijn in een fusie kan uitmonden. In de overtuiging dat een nauwere samenwerking, zeker in de huidige economisch turbulente periode, de sector in zijn geheel alleen maar ten goede zal komen, hebben de drie federaties zich samen gebogen over maatregelen die de Belgische sector zullen helpen om opnieuw uit het dal te kruipen. De 12 prioriteiten in bijlage zijn het eerste resultaat van hun formele samenwerking.
Vertrekkend vanuit de filosofie dat kritiek maar waard is, wat het alternatief waard is, hebben zij zich niet tevreden willen stellen met het zaaien van vraagtekens, maar hebben zij ook doelbewust richtingaanwijzers willen planten. In het 12-puntenprogramma worden voor de voornaamste problemen, waarmee de Belgische sector momenteel af te rekenen krijgt, aanbevelingen geformuleerd aan het adres van het beleid. Steeds met dezelfde doelstelling voor ogen: de Belgische sector meer armslag en meer vertrouwen in de toekomst geven.
De 12 prioriteiten zullen nader toegelicht worden op de gemeenschappelijke nieuwjaarsreceptie die de drie federaties voor transport en logistiek de eerste maal samen organiseren op 7 januari 2013.
12-PUNTENPROGRAMMA
Â
1.  TOEGANG TOT HET BEROEP EN TOT DE MARKT
De sector vraagt duidelijke en billijke toegangsvoorwaarden tot het beroep voor alle beroepsgoederenvervoerders, welke type voertuig deze ook gebruiken. De federaties pleiten ook voor een verstrenging van de controles en van de sancties op illegale cabotage.
2.  PERMANENTE VORMING
De 35 uren verplichte vorming voor vrachtwagenchauffeurs vertegenwoordigen een aanzienlijke kost voor de sector. De federaties vragen dat deze investering ondersteund zou worden door de overheid.
3.  KILOMETERHEFFING
Het eurovignet zal plaats ruimen voor een kilometerheffing. Idealiter zou de toekomstige kilometerheffing kostenneutraal moeten zijn voor de transporteurs. De sector vindt dat deze in het kader van de bestrijding van het steeds groter wordend congestieprobleem op onze auto(snel)wegen, op alle weggebruikers van toepassing zou moeten zijn.
4.  VERMINDERING VAN DE LASTEN OP ARBEID
De federaties zijn van oordeel dat in een dergelijk concurrentiële en mobiele sector als de transportsector, een drastische verlaging van de sociale lasten onontbeerlijk is om de leegloop te stoppen en om op termijn een « herlocalisatie » van de transportondernemingen in België mogelijk te maken.
5.  LANDBOUWTRACTOREN
De politieke beloftes en afspraken over gebruik van landbouwtractoren moeten dringend uitgevoerd worden zodat elke vorm van transport aan dezelfde reeks regels is onderworpen. De nieuwe regels, tegen oneigenlijk gebruik van landbouwtractoren (met dus onterechte uitzonderingen), moeten ook consequent gecontroleerd worden.
6.  INFRASTRUCTUUR
Investeringen in infrastructuur zijn meer dan ooit cruciaal voor de beroepsorganisaties. Naast het achterstallig onderhoud moeten ook de missing links dringend aangepakt worden, met daarnaast aandacht voor voldoende parkeerplaatsen. De groeiprognoses op langere termijn maken verdere uitbreiding van de capaciteit eveneens noodzakelijk.
7.  AANPAK VAN FRAUDULEUZE CONCURRENTIE
Het naleven van de eerlijke concurrentie is een prioriteit voor de beroepsorganisaties. Daarom moeten meer controles zich meer toespitsen op overtredingen op het gebied van zwartwerk, onwettig vervoer (o.a. illegale cabotage), en illegale detachering. De regels van morgen moeten het belang van alle Belgische transporteurs ten goede komen.
8.  PROFESSIONNELE DIESEL
Transporteurs zullen diesel nog lang gebruiken als belangrijkste brandstof. De sector wenst dan ook het behoud van het recht op recuperatie van een deel van de accijns, tot het huidig niveau. Naast een snelle procedure hiervoor zonder rompslomp willen transporteurs de invoering van een wettelijk verplichte dieseltoeslag inclusief straffen.
9.  BETALINGSTERMIJNEN
De transportfederaties eisen wetgevende initiatieven die van aard zijn om de tijdige betaling bij handelstransacties te bevorderen. In dat opzicht moet de standaard betalingstermijn op 30 dagen vastgelegd worden en moeten de beroepsverenigingen de mogelijkheid krijgen om zich tot de rechtbank te wenden teneinde misbruiken aan te klagen.
10.         TECHNISCHE KEURING
De transportfederaties zijn voorstander van een liberalisering van de technische keuring, waarbij naast het klein aantal bestaande actoren, ook andere partijen erkend zouden kunnen worden, net als in dit in de meeste Europese landen al het geval is. Efficiëntie, kwaliteit en gebruiksvriendelijkheid moeten centraal staan.
11.         IMAGO EN VERKEERSVEILIGHEID
Imago en verkeersveiligheid zijn een permanent aandachtspunt voor de sector. De transportfederaties zijn vastberaden om hun inspanningen op dat vlak verder te zetten. Zowel voor diepteonderzoek naar de oorzaken van ongevallen, als voor een sensibiliseringscampagne gewijd aan het wederzijds begrip tussen weggebruikers rekenen ze op de steun en de medewerking van de overheid.
12.         MILIEU
De transportfederaties zijn het principe van de comodaliteit zeer genegen. Duurzaam vervoer is voor hen geen holle slagzin. In de overtuiging dat ecocombi’s aan die twee principes tegemoet kunnen komen, is de sector vragende partij voor een proefproject. Wat een verdere vermindering van de CO2 uitstoot betreft, wijst de sector erop dat deze sterk afhankelijk zal zijn van een verbetering van de mobiliteit.
Bron: Gemeenshappelijk persbericht FEBETRA-TLV-UPTR