Shortsea Shipping blijft groeien. De tonnage van het vorige recordjaar 2014 werd in 2015 van de tabellen geveegd met 2 miljoen ton meer behandelde cargo. Dit blijkt uit cijfers die zijn vrijgegeven door het Promotiebureau Shortsea Shipping Vlaanderen.
· De shortsea trafiek in de 4 Vlaamse havens steeg in 2015 met 144.888.087 ton of 1,4% t.o.v. 2014 (142.860.448 ton).
· Het aandeel van het shortsea transport tegenover de globale trafiek in de Vlaamse havens bedroeg 52,80%.
Met 98.810.471 ton shortsea lading (import en export) is Antwerpen de absolute motor van de groei van SSS. Er was een sterke stijging t.o.v. 2014 met 4.693.025 ton (+ 4,99%) en dit in alle goederensoorten.
De haven van Gent kende met 16.125.186 ton shortsea lading een daling van 1.350.467 ton (- 7,73%) t.o.v. 2014.
Zeebrugge had met 28.679.484 ton een daling van 3,93% of 1.172.596 ton minder behandelde cargo.
De haven van Oostende viel terug op een shortsea trafiek van 1.272.946 ton (-10%)
De globale trafiek bestaat voor 56% uit import lading (+2,7% t.o.v. 2014) en 44% export lading (ongeveer stabiel). Enkel in Zeebrugge is de export sterker dan de import. Het % shortsea t.o.v. de totaal behandelde lading (shortsea én deepsea) verschilt uiteraard van haven tot haven. Oostende scoort bijna 100%. Antwerpen heeft als meer in het hinterland gelegen haven 47,41% shortsea lading. Gent en Zeebrugge halen respectievelijk 61,17% en 74,85%. Het groot belang van shortsea shipping voor de vier Vlaamse havens samen wordt ook geïllustreerd door het globale aandeel van liefst 52,80% in alle behandelde maritieme tonnage samen. In tonnage en % uitgedrukt dus belangrijker dan het deepsea verkeer. In het vorige recordjaar
2014 was dit exact 53,13%. Shortsea verankert zich steeds sterker in onze havens.
Het recordtonnage van bijna 145 miljoen ton in 2015 en liefst 63,7% groei sinds 1999 bevestigen ook de duurzame verankering van shortsea shipping in de Europese transportketen.
Voor de 4 havens samen en verdeeld naar de goederensoort (in tonnen uitgedrukt) zijn de containers de grootste groep: 39,9%. Gevolgd door vloeibare bulk 31,5%, droge bulk 13%, roro 11,2% en stukgoed 4,4%. Globaal en bekeken t.o.v. 2014 stegen de tonnages van de vloeibare bulk met 7,4%, roro met 3,6% (in 2014 nog licht verlies t.o.v. 2013) en stukgoed met 3,2% (in 2014 -5% t.o.v. 2013). De containertrafiek in tonnen verloor 2,4%, te verklaren door de gevolgen van gewijzigde aanlopen in Zeebrugge en de verschuiving van een rederij in Gent (Antwerpen groeide). Droge bulk verloor 2,5%. De zee-riviertrafiek blijft het moeilijk hebben. Op het Zeekanaal Brussel-Schelde werden 1.022.102 ton shortsea goederen vervoerd (een daling van – 41.127 ton of –3,87% t.o.v. 2014). Voor het Albertkanaal werden 217.564 tonnen genoteerd (een daling van 59.893 ton of – 21,59% t.o.v. 2014). De zeerivier schepen hebben desondanks een zeer belangrijke troef: ze brengen de lading ver landinwaarts, vaak tot op een laad/losplaats dichtbij de klant.