De scheepvaart is veruit de meest energie performante manier van transport, toch heeft deze modus ook een impact op het milieu. Zowel op Europees als op internationaal niveau werd al heel wat regelgeving geïnstalleerd om de vervuiling door de scheepvaart aan banden te leggen. Ook de Antwerpse haven heeft heel wat initiatieven ontwikkeld om de inzameling van scheepsafval aan te moedigen. Meer nog, de haven van Antwerpen wordt, wanneer het op scheepsafval aankomt, wereldwijd erkend als een van de beste leerlingen van de klas.
Schepen die de Antwerpse haven aanlopen en er hun scheepsafval achterlaten, krijgen daarvoor een incentive. Op die manier worden schepen maximaal aangemoedigd om hun scheepsafval tijdens hun verblijf achter te laten, eerder dan het te lozen in de zee. Ook het feit dat er in Antwerpen, wat de inzamelaars betreft, gekozen werd voor een vrije markt aanpak, heeft een gunstig effect op de afvalinzameling. De hoeveelheid ingeleverd scheepsafval, en dan vooral olieresiduen, steeg de afgelopen jaren dan ook significant. Sinds de regeling in 2006 werd ingevoerd, geven tot 40 pct van de schepen die Antwerpen aanlopen, hun scheepsafval af.
Daarom organiseerde de International Maritime Organization (IMO), het Regional Marine Pollution Emergency Response Centre for the Mediterranean Sea, de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij en het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen van 27 tot en met 29 november 2012 in Antwerpen een internationale workshop over havenontvangstinstallaties voor scheepsafval en ladingresten. Dat IMO een dergelijke workshop in België organiseert, is een primeur en toont meteen het belang van Antwerpen in deze materie aan. De focus van de workshop, waaraan zo’n vijftig internationale experts uit een twintigtal verschillende landen deelnamen, lag op de overdracht van ‘best practices’ aan de landen ten zuiden en oosten van de Middellandse Zee.